paleontica-logo

 

Albiaan ammonieten van Cap Blanc Nez

Het determineren van albiaan ammonieten van Cap Blanc Nez (kort: CBN) is geen eenvoudige opgave, er zijn honderden soorten beschreven en er bestaat een grote variatie tussen deze soorten. Het albiaan was een vrij lang tijdperk, ongeveer 10 miljoen jaar en wordt ingedeeld in een 20tal biozones (varierend naargelang de auteur). Elke biozone heeft een andere fauna, daarom is het in de eerste plaats belangrijk te weten uit welke laag de ammoniet komt. Voor Wissant, Cap Blanc Nez zijn 7 zones erkend en worden aangeduid met p'1(aptiaan) en voor het albiaan P1 tot P6. Het is de bedoeling van dit artikel om hierover wat duiding te geven.

door Philippe Baert (Phil)

Om de ammonieten uit het onderalbiaan te determineren gebruikt men best het boek 'stratotype albien' en de publicatie'la limite albien inférieur-albien moyen dans l'albien type de l'Aube (France) door F.Amedro, B Matrion... (op het internet te vinden). Er werden zeer veel ammonieten uit deze periode gevonden bij wegenwerken in de buurt van Machéromenil in de franse ardennen en grondig bestudeerd door de franse wetenschappers.

Formation de Wissant (P'1)

Het oudste dat dagzoomt op CBN is de 'formation de Wissant', het is een laag kleiïg zand waar een dunne laag fosfaatconcreties zit : de P'1. Dit hoort bij het bovenste van het aptiaan. Deze laag is zelden ontsloten en situeert zich onder een laag zandsteen (gekend van de mosselen die er op groeien). De P'1 is gemakkelijk te herkennen door de vele gefosfatizeerde graafgangen.

Gefosfatiseerde graafgang (P'1)

De ammonieten behoren tot het geslacht Hypacanthoplites (en aanverwanten), Deze kenmerken zich door ribben die ononderbroken over de venter doorlopen. De venter is meestal wat afgeplat maar ik heb er ook met een ronde venter. Zoals je op de afgebeelde exemplaren kan zien bestaat er wel variaties van fijne tot dikke ribben. Deze ammonieten horen tot de zeldzamere vondsten en een volledig exemplaar heb ik nog niet kunnen vinden (tenzij een negatieve afdruk) de 2e is een combinatie van een negatieve afdruk met een stuk positief. Hypacanthoplites is een cosmopolisch geslacht en wordt gevonden in Rusland, Duitsland, Colombia...

 Hypacanthoplites2.jpg

 

Variaties van Hypacanthoplites sp. (P'1)

 

Formation des gardes (P1 en P2)

De P1 is voor mij een beetje mytisch; ik heb ze nog nooit ontsloten gezien; ik heb wel enkele fragmenten die ik aan deze laag toeschrijf; onder ander het afgebeelde fragment van een Hemisonneratia (Protohoplites) dit is de eerste vertegenwoordiger van de familie der Hoplitidae. Bij Sonneratia lopen de ribben nog door over de venter maar hier zit er reeds een deuk in.

 

Hemisonneratia (Protohoplites), wellicht uit de P1

Volgens Amedro komen er in de P1 nog Douvileiceras, Beudanticeras en Cleoniceras in voor. F. Amedro heeft CBN bestudeerd tussen 1970 en 1980, de stratigrafie die hij beschrijft is gebaseerd op boringen in het kanaal die ze gedaan hebben voor de kanaaltunnel. Ik kan niet alles terugvinden op het strand van CBN, de lagen zijn trouwens niet homogeen, op bepaalde plaatsen zijn ze zelfs niet aanwezig. De albiaanlagen in Folkestone verschillen ook behoorlijk met deze van CBN.

Ammonieten uit de P2 worden meer gevonden, zelden in situ maar los op het strand; ze zitten in vrij grote fosfaatknollen rozig-bruin van kleur. De eerste die hier getoond wordt is Douvilleiceras, het is ook een cosmopolische soort en komt voor gedurende het volledige onder-albiaan. Het is altijd wel leuk om eentje te vinden, en ze zijn mooi en decoratief, maar evolutionair zijn ze weinig interessant, tenzij als gidsfossiel.
Veel interessanter vind ik de Protohoplites (2e ammoniet hieronder) en de Otohoplites (3e): ze komen voor van Engeland tot Rusland.

 

Douvilleiceras (P2)

 

Protohoplites (P2)

 

Otohoplites (P2)

Ter vergelijking worden hier enkele Otohoplites uit andere locaties afgebeeld. Ten eerste Otohoplites waltoni uit Folkestone, dit is een niet-lautiforme soort (de ribben blijven enkel). Daarnaast een fragment van een sterk gelijkende ammoniet uit CBN. De latere soorten van Otohoplites hebben een grilliger versiering. Daaronder ter vergelijking nog een Otohoplites bulliensis uit Bully.

  

Otohoplites waltoni uit Folkestone (links), en een fragment met vergelijkbare kenmerken uit CBN (rechts)

Otohoplites bulliensis uit Bully

Nog een ammoniet uit de P2 is Beudanticeras laevigatum. Het onder-albiaan is ook in Folkestone (GB) aanwezig, afgebeeld is een Beudanticeras newtoni, samen met Protanisoceras. Daar spreekt men over de 'main mammillatumbed' (naar Douvilleiceras mammillatum). De fossielen zijn iets ouder dan deze uit de P2 van CBN.

Beudanticeras laevigatum (P2)

Beudanticeras newtoni, samen met Protanisoceras (Folkestone, main mammillatumbed)

 

Feedback

Mist er iets op deze pagina? Of klopt er iets aan de tekst? Meld het ons.

Doneer

Wij zijn geheel afhankelijk van donaties. Daarom vragen wij onze gebruikers ons te helpen.

20.0%
Percentage van ons maanddoel gehaald deze maand

 Ik wil meer weten

Geo Kalender

Adv. GeoRockShop