De Adelholzen sectie ligt op het terrein van de “Adelholzer Mineralwasser” fabriek Primusquelle, in Bad Adelholzen, bij Siegsdorf, in de Duitse deelstaat Beieren. Achter de fabriek zijn de Adelholzen formatie en het onderste deel van de Stockletten formatie ontsloten. Deze ontsluiting is ontstaan bij een uitbreiding van de fabriek in 1996 en hoewel een deel van de lagen inmiddels is overgroeid, is er nogsteeds genoeg ontsloten om fossielen te zoeken.
De successie bevat het volledige Lutetiaan en een groot deel van het Priaboniaan. Bij de Adelholzen sectie zijn een grote hoeveelheden grootforaminiferen en zeldzamer ook bivalven, serpuliden, zee-egels en krabben te vinden.
De Adelholzen formatie wordt onderverdeeld in 5 lithologische eenheden, opeenvolgend ~4m mergelige glauconietzanden met voornamelijk Assilina; ~4,5m mergelige bioclastische zanden met voornamelijk Nummulites; ~0,6m glauconitische zanden; ~4,2m mergels met Discocyclina en uiteindelijk ~1,1 m mergelige, bruine zanden. Hier bovenop bevindt zich de mergelige Stockletten formatie. In de Stockletten formatie bevindt zich een hiaat van ~3 miljoen jaar, waarbij het Bartoniaan ongeveer volledig mist. Voornamelijk het onderste deel van de Adelholzen formatie is bijzonder rijk aan grootforaminiferen, hoofdzakelijk Nummulites, Assilina en Discocyclina. Het gaat om een echte ‘Nummulieten-packstones’. Er spoelen ook continu forams uit deze packstones, dus onderaan de sectie loop je letterlijk over de uitgespoelde grootforaminiferen. Hiernaast zijn in het onderste deel van de Adelholzen formatie verschillende bivalven te vinden, zoals de erg grote oesters Pycnodonte gigantica en exemplaren van Spondylus sp. met gepreserveerde stekels. In het bovenste deel van de Adelholzen formatie zijn oesters (Pycnodonte sp.), zee-egels (Conoclypeus sp.), haaientanden en vrije serpuliden te vinden. Zeldzamer maar bijzonder mooi zijn krabben met gepreserveerde poten en scharen, voornamelijk uit het middelste en bovenste deel van de Adelholzen formatie. De Stockletten formatie bevat vrij weinig fossielen.
Met dank aan Johan Vellekoop